Wil je zelf een nieuw gazon aanleggen? Goed bezig!
Met Maris graszoden maak je in geen tijd van je tuin een groenoase. En geloof ons: je hoeft daarvoor écht geen hovenier of handige harry te zijn. Gemiddeld leg je zo’n 40 m² per uur per persoon, afhankelijk van hoe ver je moet stappen met de rollen en hoe vlot je doorwerkt. Heb je een grotere oppervlakte? Plan dan meerdere dagen in en bestel je zoden per dag, zodat je ze altijd binnen de 24 uur na levering kunt leggen. Zorg ook altijd dat je perceel volledig klaarligt en voorbereid is alvorens je graszoden afhaalt of laat leveren.
1. Uitrollen maar
Ligt het perceel volledig klaar en heb je een laagje startbemesting verdeeld?
Start altijd achteraan je tuin en werk richting het huis of het terras. Zo kan je tijdens het werk op de kale ondergrond blijven stappen zonder het vers gelegde gras te beschadigen. Werk per sectie en hark daar het bovenste 'pelleke' grond lichtjes los na het aandrukken, dat geeft de wortels meer oppervlakte om te hechten en verwijdert ook meteen je voetstappen uit de ondergrond.
Rol de graszoden één voor één achter elkaar uit, met de groene kant naar boven. ;-) Plooi het eerste randje van de rol lichtjes naar binnen, zo sluit de rol mooier aan tegen de boven en voorkom je omkrullen.
Vermijd zoveel mogelijk om op de pas gelegde graszoden te lopen, want die liggen immers nog los en kunnen verschuiven. Rij ook zéker niet met een kruiwagen over de zoden. Is dat wel noodzakelijk, voorzie dan loopplanken om de druk zoveel mogelijk te verdelen.
2. Zoden op maat snijden
Op het einde van elke strook snijd je het gras netjes door. Geen speciaal gereedschap nodig: een oud broodmes of klein zaagje doet prima dienst. Belangrijk is een gekarteld snijvlak. Een vlak mes of stanleymes werkt ook, maar zorg dat het stevig is vlijmscherp. Het afgesneden stuk gebruik je om de volgende rij mee te starten in de omgekeerde richting. Zo werk je efficiënt, heb je minder afval en zorg je ook dat de kopse naden niet overal naast elkaar komen te liggen zodat die sneller 'verdwijnen'.
3. Sluit de zoden netjes aan
Plaats de grasrollen strak tegen elkaar aan, zonder overlapping maar ook zonder naden. Laat de naden mooi aansluiten in een verspringend verband, zoals bakstenen in een muur, dat oogt netter en groeit sneller en sterker dicht.
Ontstaat er toch een kiertje tussen twee zoden na het plaatsen? Check dan eerst of je genoeg water geeft, want dat kan er voor zorgen dat de zoden krimpen. Is het echt maar plaatselijk en waarschijnlijk ontstaan door te vroeg belopen, dan kan je een beetje potgrond instrooien en goed water geven. Geef het wat tijd en dan groeit het kiertje vanzelf wel dicht.
4. Randen afwerken als een pro
Heb je alle rollen uitgerold en liggen ze mooi tegen elkaar? Staat de sproeier al op om een eerste keer water te geven? Dan is het tijd voor afwerking.
Snijd de buitenste randen in de gewenste vorm. Graszoden lenen zich prima voor allerhande ingewikkelde vormen, laat je fantasie de vrije loop of volg gewoon je afboording. ;-) Hier raden we ook opnieuw een oud broodmes of een kleine houtzaag aan. Ook een scherp 'cuttermes' kan.
5. Aandrukken voor goed contact
Pak er een tuinwals bij en rol stevig over je vers gelegde gazon. Zo druk je de zoden goed aan tegen de ondergrond en help je de wortels sneller vast te groeien.
Geen tuinwals? Geen probleem. Gebruik een vlakke plank waar je met je gewicht op steunt, of huur een wals in het lokale tuincentrum. Wij hebben er ook eentje in de verhuur, informeer gerust of deze beschikbaar is.
6. Sproeien... en blijven sproeien
Verse graszoden kunnen in het begin nog geen water uit de bodem halen. Jij moet dus zorgen voor vocht, véél vocht!
Geef elke dag water, bij voorkeur zelfs 's morgens èn ‘s avonds. Blijf dat zeker drie weken volhouden.
Het beste truckje is om je sproeier op te zetten en lang genoeg te laten draaien tot het water vlot door de grasmat loopt als je die opheft. Die hoeveelheid water geef je minimaal tweemaal per dag ('s morgens en 's avonds bij voorkeur) gedurende de eerste 3 weken. Als je dat de eerste paar keer wat kan timen weet je meteen hoe lang de sproeier telkens moet draaien om voldoende water te geven.
Te veel water geven kan in die eerste drie weken eigenlijk niet, zolang het water vlot in de grond kan dringen. Stilstaand water is wel uit den boze.
